Ds. Van Vreeswijk ‘De zegen van God!’
Vertrekkend predikant Van Vreeswijk, van de hervormde gemeente in Zevenhuizen, schreef het openingswoord in de juni editie van het kerkblad. Daarin spreekt hij over de zegen en zijn naderende afscheid.
We kennen het gebaar en de zinnen wel aan het einde van een kerkdienst. De predikant heft zijn handen op en zegent de gemeente, soms met bovenstaande woorden. Ik had het voorrecht om in de afgelopen 9,5 jaar dat ruim 670 keer te mogen doen. Waarom een predikant de gemeente zegent? Nou, vanwege die opdracht van God naar Aäron en de priesters toe, ‘Zo zullen zij Mijn naam op de Israëlieten leggen, en Ik zal hen zegenen.
De naam van de HERE, ‘Ik-zal-erbij-zijn’, wordt op onze hoofden neergelegd. God neemt ons onder handen met een heel duidelijke belofte. We krijgen de woorden te horen dat de HERE ons behoedt, dat Hij genadig is en vrede geeft. De zegen van God, dat is dat Hij je beschermt tegen hét kwaad. Dat we met Hem door de woestijn kunnen trekken en straks veilig zullen aankomen in het beloofde land. De zegen van God, dat is dat Hij niet boos naar ons kijkt, maar met liefde. Gods lichtend aangezicht, dat wordt inderdaad uitgelegd in die woorden: ‘en Hij zij u genadig’. ‘Milde handen, vriendelijk’ ogen zijn bij U van eeuwigheid’, zoals we het zingen in een Psalm. En Gods vriendelijke ogen, die zijn er niet omdat wij het allemaal zo goed doen, maar die zijn er door Zijn genade. De zegen van God, dat is dat de HERE het licht van Zijn gelaat over ons laat schijnen.
Hij kijkt ons allemaal aan en zegt vrede voor jou, voor u, voor jullie. Die vrede, die sjaloom, die omvat alle zegeningen bij elkaar. Niet alleen dat er geen oorlog is, maar het is alle geluk, heelheid en welzijn in goede verhoudingen bij elkaar. De zegen is meer dan een wens uitspreken. Meer ook dan wat in de NBV staat met ‘Moge de HEER u zegenen en u beschermen, moge de HEER het licht van zijn gelaat over u doen schijnen en u genadig zijn, ….’ Nee, het is heel stellig: de HERE is met je. Je gaat niet alleen naar huis. Mijn zegen hebt u! We horen de predikant niet zeggen: ‘zullen wij bidden om de zegen van de HERE’, maar ‘verheft uw harten tot God en ontvangt de zegen’. De voorganger die zegent, zegt niet: ‘Ik hoop dat alles goed mag gaan. Sterkte bij alles. Moge de HERE u zegenen’, maar hij verzekert het ons, ‘God gaat met u mee. Dat belooft Hij.’ God gaat met ons mee. Dat betekent niet dat ons niets in dit leven kan overkomen. Wel dat Hij belooft erbij te zullen zijn. Met Zijn liefde, met Zijn woorden, met Zijn genade, met Zijn overmacht. Gods aanwezigheid is geen vrome wens van ons maar een daadwerkelijke belofte van Hem. Als de HERE Jezus afscheid moet nemen van zijn discipelen zijn Zijn laatste woorden: ‘En zie, Ik ben met u al de dagen tot aan de voleinding der wereld.’ Ook al zo bijzonder, iemand die afscheid neemt en toch belooft dat hij altijd je zal omringen.
Maar daarin is Hij nou precies Zijn Vader. Hij blijft ons omringen. Dag in, dag uit. En dat mag ons werkelijk bemoedigen als wij afscheid van elkaar gaan nemen. Dat mag ons bemoedigen als wij elkaar misschien een tijdlang (??) niet zien of spreken. ‘De ENE zal je zegenen en je bewaken! De ENE laat zijn aanschijn tot je oplichten en is je genadig! De ENE heft zijn aanschijn tot je op en legt op jou vrede!